maandag, juli 25, 2005

NOG IETS OVER Dr. LIÉBEAULT. door Dr. FREDERIK VAN EEDEN


[p. 409]
NOG IETS OVER Dr. LIÉBEAULT. door Dr. FREDERIK VAN EEDEN.
Tijdens het afdrukken van het artikel van Dr. van Renterchem, ontving ik de eerste aflevering van het tweede tijdschrift, dat zich uitsluitend met het hypnotisme bezighoudt, de ‘Revue des Sciences Hypnotiques’. Daarin komt over Liébeault en Dr. Aug. Voisin het volgende voor:
‘M. le Dr. Aug. Voisin est peut-être de tous les médicins de nos hôpitaux celui qui, négligeant le plus complètement le point de vue spéculatif et le coté anecdotique et curieux de l'hypnotisme en a étudie avec le plus de soin les ressources thérapeutiques. C'est donc lui qui nous fournira tout d'abord quelques unes des applications les plus remarquables de l'hypnotisme. La haute situation qu'il occupe à la Salpetrière et la rigueur scientifique de ces observations leur donnent, d'ailleurs, une valeur exceptionelle. Sa modestie n'est pas moins grande que sa science, et la communication que nous reproduisons aujourd'hui a encore cet avantage de certifier spontanément l'antériorité des observations de M. le docteur Liébeault, alors que tant d'autres ont puisé a pleines mains, sans même le nommer, dans la multitude des faits cliniques que cet illustre praticien avait provoqués ou observés vingt ans avant que l'école de la Salpêtrière ne s'en occupât.’
Wanneer iemand die men twintig jaar lang voor half wijs, voor ‘toqué’ heeft gehouden, nu op eenmaal met den titel ‘illustre praticien’ wordt begroet, dan is er wel iets bijzonders
[p. 410]gebeurd. Dan heeft de waarheid weer een van haar dienaren een triomf gegund. Men moet dankbaar zijn dat die man nog leeft. Het had kunnen gebeuren dat medelijdende verwanten den armen gek Liébeault met een zucht van verlichting ten grave droegen, - om eerst een langen tijd later te bemerken dat zij een profeet in hun midden hadden gehad.
Alle medici passen de suggestie toe. Het ‘vertrouwen’ dat de halve genezing is, broodkruimpillen, drankjes met suikerwater, - de menigte obsolete drogerijen, die nog onder het motto ‘ut aliquid detur’ door honderden worden gebruikt, - de werking van al deze dingen berust op suggestie. De electrische behandeling is voor een goed deel suggestie, - de handelwijze van homopathen, magnetiseurs en wonderdokters, - in alles zit één zelfde werkzaam bestanddeel: - suggestie. Suggestie is het werkzame alkaloid dat uit deze simplicia kan getrokken worden. Liébeault heeft het er uit afgezonderd en op energieke en welberekende wijze toegediend.
De wijze waarop men tot nu toe suggereerde met mica panis, schoon water enz., is zeer onbeholpen en omslachtig. Het gaat langs allerlei omwegen en mist zeer vaak het doel. Men moest noodzakelijk de patienten bedriegen. Dit behoeft nu niet. Men kan een ontwikkeld patient wakend gerust zeggen dat men slechts op zijn verbeelding zal werken - in diepe hypnose zal de suggestie niet minder heilzaam zijn. Daarom is Liébeault's behandeling ook eerlijker dan de broodpillen-methode.
Men kan het voorstellen alsof de medici tot nog toe suggereerden als een musicus die een piano wil bespelen uit de verte, door met allerlei voorwerpen naar de toetsen te gooien, - terwijl Liébeault op het denkbeeld kwam te zeggen: ‘als wij eens naar het instrument toegingen, heeren, en er met de handen op speelden, zou dat niet beter gaan?’
Inderdaad is het beter gegaan. En het zal den medicus die tevens bekwaam hypnotiseur is, nimmer overkomen dat hij, zooals nu vaak gebeurt, zijn ongeneeselijk verklaarde patienten geheel hersteld van kwakzalver of wonderdokter thuis krijgt - met de boodschap dat die geleerde heeren
[p. 411]er toch ook niet alles van weten, en dat de dokter bij den kwakzalver wel eens een lesje mocht komen nemen.
Ik vermoed wel, dat vele der thans practiseerende geneesheeren Liébeault tot hun einde toe als een kwakzalver zullen beschouwen. Want al klemmen de feiten, er zijn altijd genoeg hoofden die ook door feiten als ijzeren tangen niet worden omgedraaid.
Inderdaad heeft men bij het aanschouwen en nog meer bij het veroorzaken van hypnotische genezingen een gevoel alsof de wetenschap ten ondersteboven moet. Het begrip: idéoplastie - waarmee men den invloed van een psychischen toestand op het physieke lichaam bedoelt, - het feit dat men organische functies, bloedsomloop, klierafscheiding, door een energiek gesproken woord kan beheerschen - dit alles is zoo extra-bizar, zoo geheel buiten onze gewone wijze van denken - dat de physiologie zich hals over kop moet haasten om de reeds twintig jaren oude ontdekkingen van den ‘illustre praticien’ te achterhalen.
Dit laat ‘le bon père Liébeault’ rustig aan zijn Parijsche mededingers over. Hij kan tevreden zijn met zijn werk. Niet alleen omdat hij honderden reeds geholpen heeft - maar omdat door zijn toewijding het hypnotisme, - hoe gevaarlijk ook in handen van onkundigen, - met kennis en bekwaamheid toegepast, een zegen voor duizenden kan worden.

Bussum, 28 Juli.